Vervolg van Psalm 42: Gebed om verlossing
1 Doe mij recht, o God,
en voer mijn rechtszaak;
bevrijd mij van het volk zonder goedertierenheid,
van de man van bedrog en onrecht.
2 Want U bent de God van mijn kracht.
Waarom verstoot U mij dan ?
Waarom ga ik steeds in het zwart gehuld,
door de onderdrukking van de vijand?
3 Zend Uw licht en Uw waarheid;
laten die mij leiden,
mij brengen tot Uw heilige berg
en tot Uw woningen,
4 zodat ik kan gaan naar Gods altaar,
naar God, mijn blijdschap, mijn vreugde;
en ik U met de harp kan loven,
o God, mijn God!
5 Wat buigt u zich neer, mijn ziel,
en wat bent u onrustig in mij?
Hoop op God, want ik zal Hem weer loven;
Hij is de volkomen verlossing van mijn aangezicht en mijn God.
Bede om verlossing
1 Doe mij recht, o God! en twist Gij mijn twistzaak; bevrijd mij van het ongoedertieren volk, van de man van bedrog en onrecht.
2 Want Gij zijt de God mijner sterkte; waarom verstoot Gij mij dan ? Waarom ga ik steeds in het zwart, vanwege de onderdrukking van de vijand?
3 Zend Uw licht en Uw waarheid, dat die mij leiden; dat zij mij brengen tot de berg Uwer heiligheid, en tot Uw woningen;
4 En dat ik inga tot Gods altaar, tot de God der blijdschap van mijn verheuging, en U met de harp love, o God, mijn God!
5 Wat buigt gij u neer, o mijn ziel! en wat zijt gij onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing van mijn aangezicht, en mijn God.