1 Tobias sendt Raphaël na Meden om het geldt van Gabaël te halen, ende om hem mede te brengen ter bruyloft. 6 ’t welck Raphaël verricht.
1 ENde Tobias riep Raphaël.
2 Ende seyde tot hem, Azaria broeder,
3 Neemt met u eenen jongen, ende twee kemels, ende treckt na Rages in Meden, tot Gabaël: ende haelt my het gelt, ende brenght hem mede tot de bruyloft, dewijle Raguël gesworen heeft, dat ick [van hier ] niet gaen en sal.
4 Ende mijn vader telt de dagen.
5 Ende indien ick lange vertoeve, so sal hy zeer bedroeft worden.
6 Ende Raphaël reysde henen, ende vernachtede by Gabaël, ende gaf hem het hantschrift.
7 Dese nu bracht de sackskens tot hem, so sy versegelt waren, ende gaf’se hem.
8 Ende des morgens vroech gingen sy t’samen, ende quamen tot de bruyloft. Ende Tobias segende sijn wijf.
1 Tobias sendt Raphaël na Meden om het geldt van Gabaël te halen, ende om hem mede te brengen ter bruyloft. 6 ’t welck Raphaël verricht.
1 ENde Tobias riep Raphaël.
2 Ende seyde tot hem, Azaria broeder,
3 Neemt met u eenen jongen, ende twee kemels, ende treckt na Rages in Meden, tot Gabaël: ende haelt my het gelt, ende brenght hem mede tot de bruyloft, dewijle Raguël gesworen heeft, dat ick [van hier ] niet gaen en sal.
4 Ende mijn vader telt de dagen.
5 Ende indien ick lange vertoeve, so sal hy zeer bedroeft worden.
6 Ende Raphaël reysde henen, ende vernachtede by Gabaël, ende gaf hem het hantschrift.
7 Dese nu bracht de sackskens tot hem, so sy versegelt waren, ende gaf’se hem.
8 Ende des morgens vroech gingen sy t’samen, ende quamen tot de bruyloft. Ende Tobias segende sijn wijf.