Ahasveros leyt een schattinge op het lant, v. 1, etc. Mordechais hoogen staet, ende aengenaemheyt by de Ioden, welcker beste hy soeckt, 3.
1 DAerna leyde de Coninck Ahasveros tribuyt op ’t lant, ende de Eylanden der Zee.
2 Alle de wercken nu sijner macht, ende sijnes gewelts, ende de verklaringe der grootheyt Mordechai, den welcken de Coninck groot gemaeckt heeft, zijn die niet geschreven in het Boeck der Chronijcken der Coningen van Meden ende Persen?
3 Want de Iode Mordechai was de tweede by den Coninck Ahasveros, ende groot by de Ioden, ende aengenaem by de menichte sijner broederen, soeckende het beste voor sijn volck, ende sprekende voor den wel-stant van sijn gantsche zaet.
FINISMordechai bevordert het welzijn van zijn volk
1 Daarna legde koning Ahasveros belasting op aan het vasteland en de eilanden in de zee.
2 Al zijn machtige en geweldige daden en de verklaring van de grootheid van Mordechai, die door de koning grootgemaakt is, zijn die niet geschreven in het boek van de kronieken van de koningen van Medië en Perzië?
3 De Jood Mordechai immers kwam op de tweede plaats, na koning Ahasveros. Hij stond in hoog aanzien bij de Joden en de menigte van zijn broeders was hem goedgezind, want hij zocht het beste voor zijn volk en sprak tot welzijn van heel zijn nageslacht.