De derde toespraak van Bildad
1 Toen antwoordde Bildad, de Suhiet, en zei:

2 Heerschappij en diep ontzag zijn bij Hem,
Hij maakt vrede in Zijn hoogten.
3 Zijn Zijn troepen te tellen?
En over wie gaat Zijn licht niet op?

4 Hoe zou een sterveling dan rechtvaardig zijn voor God,
en hoe zou hij, geboren uit een vrouw, zuiver zijn?
5 Zie, tot aan de maan toe – ze is niet helder,
en de sterren zijn niet zuiver in Zijn ogen.
6 Hoeveel te minder een sterveling, die een made is,
en een mensenkind, dat een worm is!